Languages

De bevolking met een risico op armoede of sociale uitsluiting in België: Projectie tot 2030

Share this on

Het Federaal Planbureau publiceerde gisteren een projectie, bij ongewijzigd beleid tot 2030, van de bevolking in België met een risico op armoede of sociale uitsluiting. Die projectie is een primeur in België en wil het monitoringsproces van de armoedeverminderingsdoelstellingen ondersteunen waartoe België zich heeft geëngageerd. Op basis van informatie beschikbaar tot en met juli 2016 blijkt dat de daling die de projectie aangeeft niet volstaat om die doelstellingen te halen.

  • In 2015 liep 21,1 % van de bevolking of 2,336 miljoen personen een risico op armoede of sociale uitsluiting. De projectie voorziet een lichte daling tot 2,232 miljoen personen in 2018. Dat is 418 000 personen meer dan het streefcijfer van 1,814 miljoen personen dat België heeft vooropgesteld in het kader van de Europa 2020-strategie.
  • Tegen 2030 wordt een verdere daling voorzien tot 16,1 %. België zou tegen 2030, in het kader van de Sustainable Development Goals die in 2015 unaniem goedgekeurd zijn door de VN, 10,6 % beogen.
  • De toekomstige daling van het aandeel gepensioneerden met een inkomen onder de armoederisicodrempel in de totale bevolking en de daling op lange termijn van de werkloosheidsgraad verklaren die tendens.

Armoedeverminderingsdoelstellingen

In het kader van de Europa 2020-strategie heeft België vooropgesteld de bevolking met een risico op armoede of sociale uitsluiting met 380 000 personen te laten dalen tussen 2008 en 2018. In 2008 behoorden 2,194 miljoen personen tot die doelgroep. Het streefcijfer voor België is dus 1,814 miljoen personen voor 2018.

België heeft zich recent ook geëngageerd tegen 2030 het aandeel van de bevolking die in armoede leeft minstens te halveren, gemeten op basis van de nationaal gangbare multidimensionele armoededefinitie. Dat engagement vloeit voort uit de Sustainable Development Goals (SDGs). Die SDGs werden goedgekeurd door de Algemene Vergadering van de VN in 2015. Voor België zou dit betekenen dat tegen 2030 het aandeel in de totale bevolking van de beoogde doelgroep maximaal 10,6 % zou mogen bedragen. Dat is gelijk aan een halvering van het aandeel van 2015, nl. 21,1 %.

Een persoon loopt een risico op armoede of sociale uitsluiting wanneer hij wordt geconfronteerd met minstens één van de volgende problemen: een ontoereikende levensstandaard, problemen hebben om zich te integreren op de arbeidsmarkt of zich geen goederen of diensten kunnen veroorloven die noodzakelijk worden geacht om te functioneren in de maatschappij. Elke deelpopulatie wordt gemeten met specifiek daartoe ontworpen indicatoren, respectievelijk de indicator ‘armoederisico’, ‘zeer lage werkintensiteit’ en ‘ernstige materiële ontbering’. Die indicatoren worden berekend op basis van de op Europees niveau geharmoniseerde enquête ‘Statistics on Income and Living Conditions’ (EU-SILC).

 

Het volledige perscommuniqué kan u hier vinden. De volledige Working Paper kan u hier downloaden.